Vertaling van een artikel uit de Washington Post. Verslag van Bonnie Berkowitz; grafische afbeeldingen door Patterson Clark (http://tinyurl.com/wphealthhazards).
We weten dat te veel zitten slecht is, en de meesten van ons voelen zich intuïtief een beetje schuldig na een lange avond TV kijken. Maar wat gaat er precies mis in ons lichaam als we ons bijna acht uur per dag parkeren? Veel dingen, zeggen vier deskundigen, die de keten van problemen van top tot teen hebben uitgewerkt.
Spieren verbranden minder vet en bloed stroomt langzamer tijdens een lange zit, waardoor vetzuren de slagaders en het hart sneller verstoppen. Langdurig zitten is gekoppeld aan hoge bloeddruk en verhoogde cholesterolwaarden. Mensen die het meest zitten, hebben meer dan twee keer zoveel kans op hart- en vaatziekten als mensen met de minste zituren.
De alvleesklier produceert insuline, een hormoon dat zorgt dat glucose in de cellen wordt opgenomen als bron van energie. Maar cellen in inactieve spieren reageren minder effectief op insuline, waardoor de alvleesklier steeds meer moet produceren, wat kan leiden tot diabetes type-2 en andere ziekten. Een onderzoek uit 2011 toonde al na één dag langdurig zitten een afname aan van de insuline effectiviteit.
Studies verbinden langdurig zitten aan een grotere kans op het krijgen van dikke darm-, borst- en baarmoederhalskanker. De reden is onduidelijk, maar één theorie is dat te veel insuline celgroei stimuleert. Een andere is dat regelmatige beweging natuurlijke anti-oxidanten stimuleert die cel-beschadigende – en mogelijk kankerverwekkende – vrije radicalen doden.
Als u rechtop staat, beweegt of zelfs rechtop zit, houden de buikspieren u rechtop. Maar als u onderuit hangt in een stoel, blijven de buikspieren ongebruikt. Strakke rugspieren en slappe buikspieren vormen samen een houding-slopende alliantie die de natuurlijke kromming van de wervelkolom kan vergroten, een aandoening die lordose of holle rug wordt genoemd.
Een flexibel bekken zorgt ervoor dat u in balans blijft, maar chronische zitters strekken hun bewegingsspieren rond de heup zo zelden dat ze kort en strak worden, wat de heupmobiliteit beperkt en de paslengte bij het lopen verkort. Uit studies is gebleken dat verminderde heupmobiliteit een belangrijke reden is waarom ouderen de neiging hebben om te vallen.
Zitten laat uw bilspieren volledig ontspannen en ze wennen eraan. Slappe bilspieren verminderen uw stabiliteit, uw vermogen om af te zetten en een krachtige tred vol te houden.
Langdurig zitten vertraagt de bloedsomloop, waardoor zich vocht ophoopt in de benen. De problemen variëren van gezwollen enkels en spataderen tot gevaarlijke bloedstolsels die diep veneuze trombose (DVT) worden genoemd.
Gewichtsdragende activiteiten zoals lopen en hardlopen stimuleren de botten in het bekken en de benen om dikker, dichter en sterker te worden. Wetenschappers schrijven de recente toename van osteoporose deels toe aan een gebrek aan activiteit.
Bewegende spieren pompen vers bloed en zuurstof door de hersenen en veroorzaken het vrijkomen van allerlei hersen- en stemmingsverbeterende chemicaliën. Als we lang zitten, vertraagt alles, ook de hersenfunctie.
Als het grootste deel van het zitten plaatsvindt aan een bureau, kan het naar het scherm reiken van het hoofd of het tussen hoofd en schouder klemmen van een telefoon de nekwervels overbelasten en leiden tot blijvende schade.
Een veelvuldig gebogen nek heeft ook gevolgen voor de spieren in de bovenrug. De schouder- en rugspieren, met name de trapeziusspier, die de nek en schouders met elkaar verbindt, overstrekken mee en worden naar voren geduwd.
Een ruggengraat die niet beweegt, wordt inflexibel en raakt dan makkelijker beschadigd bij alledaagse bewegingen, zoals wanneer u een kopje koffie pakt of bukt om uw veters te strikken.
Als we bewegen, zetten de zachte schijven tussen de wervels uit en krimpen ze weer zoals sponzen, waarmee ze vers bloed en voedingsstoffen absorberen. Als we lang zitten, worden schijven ongelijkmatig samengeperst en verliezen ze hun veerkracht.
Mensen die meer zitten, lopen een grotere kans op een hernia van de tussenwervelschijven.